In ‘En nu jij!’ leg ik uit dat het hebben van doelen belangrijk is en zelfs een voorwaarde voor gelukkig leven. We hebben het nodig een beetje te dromen over de plek waar het leven nóg beter zal zijn, de fase waarin we ons nóg gelukkiger zullen voelen. De lokroep van dit beeld houdt ons nieuwsgierig en levenslustig. Die nieuwsgierigheid en onze verwachtingen over het leven stráks kunnen ons huidige leven verrijken. Wie verwacht dat de manier waarop hij werkt, de invulling van zijn vrije tijd of relatie, straks leuker zal zijn, máákt ook meer van zijn baan, liefdesleven en hobby’s, blijkt uit onderzoek. Mensen met plannen hebben meer plezier, intensere contacten en zijn gemotiveerder.
Het bereiken van doelen is ook belangrijk, zodat je successen kunt vieren en het idee hebt dat je vooruit komt. Ook leg ik uit dat het niet gaat om de ‘pursuit of happiness’, een streven naar geluk ooit, maar dat het gaat om gelukkig zijn in het heden.
Gelukkig zijn is niet af te dwingen, maar wel te stimuleren. ‘En nu jij!’ is een soort handboek om zoveel mogelijk geluk uit je werk te halen. De basis daarin is mijn geluksmodel.
Alleen als je alle klaverblaadjes op orde hebt, kun je gelukkig zijn met je werk. En je moet de basis op orde hebben. De basis is dat je voldoende geld hebt om in je basisbehoeften te voorzien.
Je voelt het vanzelf als een van de blaadjes te weinig aandacht krijgt. Aan de onderkant heb je vrijheid, je doet leuke dingen en het gaat je goed af. Vanwege je autonomie voel je je verantwoordelijk voor je takenpakket. Je zorgt er voor dat het werk op tijd af komt en dat het afgeleverde werk goed is. Maar toch knaagt er iets. Je voelt je nutteloos.
Links is heerlijk. Ik kan niet vaak genoeg benadrukken hoe belangrijk het is om te doen wat je leuk vindt. Ten eerste is het leuk om leuke dingen te doen. Dat klinkt simpel en dat is het ook. Toch wordt dit vaak genoeg vergeten. Daarnaast krijg je er energie van en die energie vertaalt zich naar meer aandacht en diepgang in je werk. Je gaat er voor. Je stopt er meer tijd in. Je verdiept je in het vakgebied, leest erover en gaat naar seminars. Daardoor word je er beter in en ontwikkel je je sneller. Doen wat je leuk vindt betaalt zich terug, ook voor je baas.
Zingeving is een cruciale factor onderweg naar geluk. Zonder het idee dat je iets bijdraagt ben je nergens. Dan heb je een leeg bestaan. Dat kan een maatschappelijke bijdrage zijn, de wereld verbeteren. Je wil aan het eind van de rit terug kunnen kijken op een leven dat zin heeft gehad. Dat je herinnerd wordt om de bijdrage die jij hebt geleverd. Maar het begint al bij het gevoel dat iemand op je zit te wachten. Dat je aan het eind van de dag over je schouder tevreden terug kijkt omdat je weet dat je relevant bent. Dat je werk wordt gewaardeerd. Dat er zelfs over je gepraat wordt. Dat zonder jouw bijdrage de dingen minder ver waren gekomen. Je voelt je onderdeel van een groter geheel. Zit je teveel aan de bovenkant, ben je teveel met anderen bezig en ga je uiteindelijk aan stress ten onder. Je voelt je gebonden aan je werk, wil vooral anderen ‘pleasen’ en houdt te weinig rekening met je eigen belangen. Je voelt je een fabrieksarbeider aan de lopende band. En ondanks dat er aan het einde van die band hele mooie dingen uit komen, ga je de uitdaging missen.
De rechterkant is heerlijk comfortabel. Je bent goed in je werk, je draagt iets bij, je hebt vrijheid om je werk zelf in te delen. Je krijgt veel waardering voor wat je doet. Promoties liggen in het verschiet. Dit is een gevaarlijke positie. Want waarom zou je in beweging komen? Wat valt er te winnen? Na verloop van tijd zakt je energie weg. Je productiviteit daalt, je levert minder op. Je baas zegt er wat van. Je zet je nog een keertje extra in. Voor je het weet vind je jezelf op een vacaturesite. Je wil leuke dingen doen.
En ook al heb je alles op orde, als je geen boodschappen kunt doen of het dak boven je hoofd niet kunt betalen moet je in beweging komen. Bepaal hierbij voor jezelf je relatie met geld. Is geld er voor jou alleen om de boodschappen mee te doen en de huur van een kamertje drie hoog achter te betalen of geef je om ruimte, luxe, een tuin, een plekje in de stad, elke week uit eten, een creditcard die het altijd doet? Het is jouw leven. En je hebt er maar één van. Doe dit verstandig.
Dit model houdt ook na al het onderzoek dat ik gedaan heb nog steeds stand. Vele gangbare andere modellen zijn er overheen te leggen.
Je kunt het model iedere dag afvinken. Doe ik wat ik leuk vind? Geeft mijn werk mij voldoening? Ben ik er goed in? Kan ik het op mijn manier doen? Heb ik voldoende middelen om in mijn basisbehoeften te voorzien? Mooi. Niet? Aan het werk!
Ook moet je vooruit kijken. Als ik morgen precies hetzelfde doe als vandaag. Kan ik dan ook alles nog afvinken? En volgende maand? En over een half jaar? Zo niet, kan je jezelf op basis van het model doelen stellen en daar aan gaan werken. Hoe je er achter komt wat je wil doen, waar je dat wil doen en hoe je dat wil doen heb ik ‘En nu jij!’ geschreven. Ook geef ik je richting in de vorm van een stappenplan hoe je daar kunt komen.
Het boek dat je nu in je hand hebt gaat over de vraag waarom je die stappen niet zet. En over de vraag waarom je zelfs niet eens vindt dat je van je plek zou moeten komen.
We hebben in ons hoofd allemaal beperkingen die ons tegenhouden onze doelen te bereiken. Terwijl we daar we naartoe willen en ongelukkig zijn over het feit dat we daar niet zijn. We bedenken excuses en redenen waarom het niet lukt en waarom het nog niet gelukt is. Maar dat is allemaal onzin. Meer dan honderd jaar geleden voorspelde John Maynard Keynes dat we door de opkomende industrie ons werk zodanig efficiënt zouden kunnen uitvoeren dat we nog maar een paar uur per week hoefden te werken. Helaas hebben we al onze vrijgekomen tijd gevuld met nieuwe bezigheden. We laten ons afleiden door onzin en bereiken daarom onze doelen niet. We kunnen alles en zijn verbonden met iedereen. We houden onszelf voor de gek met een waarheid die alleen in ons brein bestaat en weten niet wat ons gelukkig maakt.
Trouwen maakt ongelukkiger. Kinderen krijgen maakt ongelukkiger. Ja. Echt waar. Getrouwde mensen zijn gelukkiger dan niet-getrouwde stellen, maar (na drie jaar getrouwd te zijn) ongelukkiger dan voordat ze trouwden. Huh? Dus als al die niet-getrouwde stellen trouwen dan… Huh? Gelukkige mensen trouwen sneller. Dat is de clou. Dat komt doordat ze steviger in hun schoenen staan, positiever naar hun relatie kijken en hun geluk liever vieren en delen met hun vrienden en familie. Maar als het feestelijke eraf is daalt het geluksniveau.
Uit verschillende studies blijkt bovendien dat het geluksniveau (nog verder) daalt als er kinderen geboren worden. Het is op het dieptepunt als de kinderen gaan puberen en krabbelt daarna weer op zodra de kinderen het huis uit gaan.
Zo’n 2300 jaar geleden zette Aristoteles al op een rijtje wat ons gelukkig maakt. Hij was er van overtuigd dat geluk het grootste verlangen en de grootste ambitie is van de mens. Het doel van het menselijk leven is geluk. Hij had geen klavertje vier, maar een rijtje van drie:
1. Een tevreden leven. Genieten van het leven, plezier, leuke dingen doen. Genot op de korte termijn.
2. Het goede leven. Het goed voor elkaar hebben. Varen op je innerlijke kompas. Je eigen normen en waarden. Je niet af laten leiden door wat anderen vinden. Verstandig doen. Geluk op de lange termijn.
3. Een zinvol leven. Iets bijdragen. Mensen blij maken. Iets achterlaten.
Zowel nu als straks en zowel voor jezelf als voor anderen. Dat wil nog wel eens tot conflicten leiden. Hier ga ik nog een paar keer op terug komen.
De Amerikaanse psycholoog Abraham Maslow publiceerde in 1943 zijn motivatietheorie met daarin de bekende behoeftenpiramide. Hierin rangschikte hij de universele behoeften van de mens. Primair streven we namelijk allemaal naar eten, drinken en slapen. Maar ook beweging, seks en comfort hoort in de eerste trede. Denk even terug aan de werking van je brein, dit zijn de zaken die jou in leven houden, die primair vanuit je reptielenbrein geregeld worden. Volgens Maslow ga je pas naar de volgende trede als je die primaire behoefte op orde hebt. Pas dan ga je op zoek naar veiligheid en zekerheid, het tweede niveau. Denk aan een dak boven je hoofd, een inkomen en relaties. Daarna ga je op zoek naar saamhorigheid in de vorm van vriendschap en liefde. Die mensen om je heen kunnen je waardering, erkenning en zelfrespect geven, het vierde niveau. Uiteindelijk kun je jezelf dan gaan ontplooien en ontwikkelen (het vijfde niveau).
Later voegde Maslow een zesde niveau toe: zelftranscendentie. Zingeving. Een hoger doel. De zorg voor anderen. Intrinsiek geluk.
De wereld om ons heen is veel sneller veranderd dan onze evolutie heeft bijgebeend. Ons brein is nog steeds bezig met die primaire vraag: kan ik het eten of gaat het mij opeten? Terwijl we allang comfortabel bovenin de piramide zitten.
We maken ons over het algemeen geen zorgen of we morgen wel te eten hebben, of een dak boven ons hoofd. We maken ons druk over waardering, onze persoonlijke ontwikkeling en over ons geluk.
Het bestaan van de huidige geluksindustrie is daar een gevolg van. En inderdaad, dit boek ook. En als jij dit leest omdat jij werk wil maken van je ontwikkeling of erger nog, om er gelukkiger van te worden, dan heb je het flink goed voor elkaar! Volgens Maslow dan.
Gezondheid is helemaal niet zo relevant voor ons geluksgevoel. In zoverre, gezonde mensen zijn nauwelijks gelukkiger. Gelukkige mensen zijn wel gezonder. Gelukkige mensen herstellen sneller, hebben minder vaak hart- en vaatziekten en een beter immuunsysteem. Gelukkige mensen zijn actiever, doen meer aan sport en roken en drinken minder.
Dus stop met het wensen van gezondheid, met het hopen op een gezond leven en wens voortaan iedereen veel geluk, dan volgt die gezondheid vanzelf.
Groeten,
Frank
Deze post (of een bewerking daarvan) is onderdeel van mijn boek ‘En nu echt!’.